witkeelbospatrijs
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- wit·keel·bos·pa·trijs
Woordherkomst en -opbouw
- samenstellende samenstelling van wit bn, keel zn en bospatrijs zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | witkeelbospatrijs | witkeelbospatrijzen |
verkleinwoord | witkeelbospatrijsje | witkeelbospatrijsjes |
Zelfstandig naamwoord
de witkeelbospatrijs m
- (hoendervogels) Dendrortyx leucophrys een vogel uit de familie Odontophoridae . De wetenschappelijke naam van de soort is voor het eerst geldig gepubliceerd in 1844 door John Gould . De soort komt voor van het zuiden van Mexico tot Costa Rica en er worden twee ondersoorten onderscheiden
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'witkeelbospatrijs' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.