wielrenner
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wielrenner (hulp, bestand)
Woordafbreking
- wiel·ren·ner
Woordherkomst en -opbouw
- Afgeleid van wielrennen met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wielrenner | wielrenners |
verkleinwoord | wielrennertje | wielrennertjes |
Zelfstandig naamwoord
wielrenner m
- (sport) (beroep) iemand die op hoge snelheid fietst in wedstrijdverband
- Hij is een beroemd wielrenner.
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. iemand die op hoge snelheid fietst in wedstrijdverband
Gangbaarheid
- Het woord wielrenner staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "wielrenner" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -er in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Sport in het Nederlands
- Beroep in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %