werkverzuim

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • werk·ver·zuim
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord werkverzuim
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

werkverzuim o [1]

  1. niet werken terwijl je dat normaliter wel zou doen
    • Die behandeling is duur. Per patiënt wordt per jaar een 3.660 gulden uitgegeven, zo heeft de Rijksuniversiteit in Limburg uitgerekend. Bijna 900 gulden gaat naar medicatie, de verpleegkundige kost gemiddeld 527 gulden en 1.406 gulden wordt aan ziekenhuisrekeningen betaald. Werkverzuim of arbeidsongeschiktheid is in die berekening niet verdisconteerd. Die ziekenhuiskosten zijn veelal een gevolg van latere complicaties. [2] 
Hyponiemen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Bram Pols 30 november 1993
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be