werkplaats
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: werkplaats (hulp, bestand)
Woordafbreking
- werk·plaats
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van werk ww en plaats zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | werkplaats | werkplaatsen |
verkleinwoord | werkplaatsje | werkplaatsjes |
Zelfstandig naamwoord
- een plaats of gebouw ingericht voor het verrichten van bepaald werk
- Zijn werkplaats was uitstekend ingericht voor het gieten van brons.
- de stad of dorp waar iemand het werk verricht
Antoniemen
- [2] woonplaats
Verwante begrippen
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
- werkplaatsapparatuur, werkplaatsassistent, werkplaatschef, werkplaatshandboek, werkplaatskaart, werkplaatsproductie
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord werkplaats staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "werkplaats" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be