werkmakker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: werkmakker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- werk·mak·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van werk zn en makker zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | werkmakker | werkmakkers |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
werkmakker m
- mensen waarmee je samenwerkt
- Johns werkmakker Chad Cramer (34) koos ook voor Trump: ‘Niet omdat ik zijn belofte over staal geloofde, maar om niet nog méér te verliezen.’ En dat zou Chad meteen opnieuw doen, vertelt hij in het lokaal van de staalvakbond. ‘Op dag één blies Trump al het Trans-Pacific Partnerschip af (TPP, een internationaal handelsakkoord dat van een groot deel van de regio rond de Stille Oceaan één groot handelsgebied moest maken, red.). Dat was belangrijk voor ons, want wij vreesden dat onze staalfabriek door TPP zou sluiten.’ [1]
- Durven werkmakkers van illegale arbeiders de hulpdiensten te verwittigen bij een zwaar arbeidsongeval? [2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord werkmakker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "werkmakker" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ De Standaard ZATERDAG 14 OKTOBER 2017 ‘Trumps mirakeloplossingen werken niet’
- ↑ De Standaard MAANDAG 29 JANUARI 2018 Zoektocht naar waarheid kent grenzen
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be