wegrationaliseren/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van wegrationaliseren
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		wegrationaliseren			weg te rationaliseren
	toekomend		zullen wegrationaliseren weg zullen rationaliseren			te zullen wegrationaliseren weg te zullen rationaliseren
voltooid	tegenwoordig		hebben weggerationaliseerd			te hebben weggerationaliseerd
	toekomend		weggerationaliseerd zullen hebben			weggerationaliseerd te zullen hebben
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	wegrationaliserend		weggerationaliseerd			ev. rationaliseer weg	mv. verouderd rationaliseert weg	rationalisere weg (bijzin) wegrationalisere
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
hoofdzin	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	rationaliseer weg	rationaliseert weg	rationaliseert weg	rationaliseert weg	rationaliseert weg	rationaliseren weg	rationaliseren weg	rationaliseren weg
verleden (o.v.t.)	rationaliseerde weg	rationaliseerde weg	rationaliseerde weg	rationaliseerde weg	rationaliseerde weg	rationaliseerden weg	rationaliseerden weg	rationaliseerden weg
toekomend (o.t.t.t.)	zal wegrationaliseren	zult/zal wegrationaliseren	zult/zal wegrationaliseren	zult wegrationaliseren	zal wegrationaliseren	zullen wegrationaliseren	zullen wegrationaliseren	zullen wegrationaliseren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou wegrationaliseren	zou wegrationaliseren	zou(dt) wegrationaliseren	zoudt wegrationaliseren	zou wegrationaliseren	zouden wegrationaliseren	zouden wegrationaliseren	zouden wegrationaliseren
bijzin	.. dat ik	.. dat jij, je	.. dat u	.. dat gij	.. dat hij, zij, het	.. dat wij	.. dat jullie	.. dat zij
tegenwoordig (o.t.t.)	wegrationaliseer	wegrationaliseert	wegrationaliseert	wegrationaliseert	wegrationaliseert	wegrationaliseren	wegrationaliseren	wegrationaliseren
verleden (o.v.t.)	wegrationaliseerde	wegrationaliseerde	wegrationaliseerde	wegrationaliseerde	wegrationaliseerde	wegrationaliseerden	wegrationaliseerden	wegrationaliseerden
toekomend (o.t.t.t.)	zal wegrationaliseren weg zal rationaliseren	zult/zal wegrationaliseren weg zult/zal rationaliseren	zult/zal wegrationaliseren weg zult/zal rationaliseren	zult wegrationaliseren weg zult rationaliseren	zal wegrationaliseren weg zal rationaliseren	zullen wegrationaliseren weg zullen rationaliseren	zullen wegrationaliseren weg zullen rationaliseren	zullen wegrationaliseren weg zullen rationaliseren
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou wegrationaliseren weg zou rationaliseren	zou wegrationaliseren weg zou rationaliseren	zou(dt) wegrationaliseren weg zou(dt) rationaliseren	zoudt wegrationaliseren weg zoudt rationaliseren	zou wegrationaliseren weg zou rationaliseren	zouden wegrationaliseren weg zouden rationaliseren	zouden wegrationaliseren weg zouden rationaliseren	zouden wegrationaliseren weg zouden rationaliseren
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	heb weggerationaliseerd	hebt weggerationaliseerd	hebt/heeft weggerationaliseerd	hebt weggerationaliseerd	heeft weggerationaliseerd	hebben weggerationaliseerd	hebben weggerationaliseerd	hebben weggerationaliseerd
verleden (v.v.t.)	had weggerationaliseerd	had weggerationaliseerd	had weggerationaliseerd	hadt weggerationaliseerd	had weggerationaliseerd	hadden weggerationaliseerd	hadden weggerationaliseerd	hadden weggerationaliseerd
toekomend (v.t.t.t.)	zal weggerationaliseerd hebben	zal/zult weggerationaliseerd hebben	zult/zal weggerationaliseerd hebben	zult weggerationaliseerd hebben	zal weggerationaliseerd hebben	zullen weggerationaliseerd hebben	zullen weggerationaliseerd hebben	zullen weggerationaliseerd hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou weggerationaliseerd hebben	zou weggerationaliseerd hebben	zou/zoudt weggerationaliseerd hebben	zoudt weggerationaliseerd hebben	zou weggerationaliseerd hebben	zouden weggerationaliseerd hebben	zouden weggerationaliseerd hebben	zouden weggerationaliseerd hebben