weerhaak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • weer·haak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord weerhaak weerhaken
verkleinwoord weerhaakje weerhaakjes

Zelfstandig naamwoord

de weerhaakm

  1. (techniek) scherpe haak met een punt in tegengestelde richting van de ingaande beweging die dus ergens moeilijk is uit te trekken
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen