watertoren

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wa·ter·to·ren
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord watertoren watertorens
verkleinwoord watertorentje watertorentjes

Zelfstandig naamwoord

de watertorenm

  1. een toren die zorgt voor een gelijkmatige waterdruk in het waterleidingnet
    • De watertoren stond op een heuvel bij de stad. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be