wastrog
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- was·trog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wastrog | wastroggen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de wastrog m
- (huishouden) bak waarin men de was kan doen
- grote wasbak met meerdere kranen zodat meerdere mensen zich tegelijkertijd kunnen wassen
Synoniemen
- [2] wasgoot
Verwante begrippen
- [2] wastafel
Gangbaarheid
- Het woord 'wastrog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wastrog" herkend door:
64 % | van de Nederlanders; |
72 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be