walkietalkie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wal·kie·tal·kie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | walkietalkie | walkietalkies |
verkleinwoord | walkietalkietje | walkietalkietjes |
Zelfstandig naamwoord
de walkietalkie m
- draagbaar (speelgoed)apparaat waarin men via een radioverbinding gesproken berichten kan zenden en ontvangen
- De jongens konden met een walkietalkie met elkaar praten en net doen alsof ze een politieagent waren.
Schrijfwijzen
Engelse leenwoorden met reduplicatie of bijna-reduplicatie worden aaneengeschreven, ook wanneer het woord in het Engels een liggend streepje of spatie heeft. Andere voorbeelden zijn bushbush, dumdum en blingbling (zie onder spellingregel 12.B: "Maar in het geval van (bijna-)reduplicatie schrijven we het woord aaneen.")
Gangbaarheid
- Het woord walkietalkie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "walkietalkie" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be