vuurmond

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

open militaire wagen met terugslagloze vuurmond
Uitspraak
Woordafbreking
  • vuur·mond
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vuurmond vuurmonden
verkleinwoord vuurmondje vuurmondjes

Zelfstandig naamwoord

vuurmond m [1]

  1. een kanon waarmee grotere projectielen kunnen worden afgevuurd; stuk geschut
    • Het leger van Kim Jong-Un beschikt op papier over een enorme hoeveelheid tanks, gepantserde voertuigen en kanonnen. Maar liefst 4300 stuks geschut zou de despoot hebben waarvan de vuurmonden vooral richting het zuiden gericht staan. Net als een arsenaal conventionele langeafstandsraketten; vooral Russische Scuds.[2] 
    • Marinier '2D' besloot veertig jaar geleden tijdens de Molukse treinkaping in een fractie van een seconde te schieten op een menselijke beweging die hij rechts in de hoek van de treincoupé zag. Vlak daarvoor was hij zelf beschoten vanuit die hoek. Hij merkte dat doordat hij een vuurmond zag en een schampschot op zijn helm voelde.[3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

82 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. de Telegraaf OLOF VAN JOOLEN 14 apr. 2017
  3. Tubantia Tonny van der Mee 03-OKTOBER-2017
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be