vouwbeen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

vouwbeen
Uitspraak
Woordafbreking
  • vouw·been
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vouwbeen vouwbenen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het vouwbeeno

  1. werktuig voor het vouwen van papier en het opensnijden van enveloppen
     Anna gaf met een paar woorden antwoord, maar aangezien zij niet veel interessants van het gesprek verwachtte, vroeg zij Annoesjka om de lantaren, maakte die aan de leuning van haar plaats vast en haalde een vouwbeen en een Engelse roman uit haar tas.[2]
     Tussen de bladen van zijn Bijbel bevinden zich allerlei snippers met krabbels en aantekeningen. „Ze zijn nog niet bestudeerd”, zegt Van Hattum. „Deze snippers zijn interessant onderzoeksmateriaal.” Portretten geven een beeld van zijn familierelaties - zijn eerste en zijn tweede vrouw en de kinderen die uit de huwelijken zijn voortgekomen. Aan zijn acht jaar jongere zusje schreef Bilderdijk eens een langwerpige smalle brief van 2,5 el lang, in dichtvorm. Op zijn schrijftafel ligt een brief aan zijn goede vriend Isaäc Da Costa. Daarnaast een koker met veer, cassette met vouwbeen, pennenmes, pennen en een etui met kleurkrijtjes.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Anna Karenina” op Wikipedia (1877), G.A. van Oorschot op Wikipedia, ISBN 9789028276062
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 maart 2022 Weblink bron
    J. C. Karels
    “Dichter, opiumroker, advocaat, Réveil-man” (28 augustus 2002), Reformatorisch Dagblad