voulez
Frans
Uitspraak
Woordafbreking
- vou·lez
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vouloir |
voulez
- tweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van vouloir
- tweede persoon meervoud gebiedende wijs (impératif présent) van vouloir
Synoniemen
- [2] veuillez