vorse

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vor·se
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
vorsen

vorse

  1. aanvoegende wijs van vorsen
     Vooral vorse zij zelf niet onbescheiden uit: ‘Wat hebt gij bij mijnheer te doen?’[1]
Opmerkingen
  • Strikt genomen bevat de voorbeeldzin de aanvoegende wijs van het scheidbare werkwoord "uitvorsen".

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 18 januari 2021 Weblink bron
    Johann Bernard Krier (vert. A.F. Diepen)
    “De wellevendheid. Handboek ten gebruike van R.K. seminariën, colleges, kweekscholen en pensionaten van ouders en opvoeders.”, 14e druk (1937), L.C.G. Malmberg, 's-Hertogenbosch, p. 95