vooronderstelden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voor·on·der·stel·den

Werkwoord

vervoeging van
vooronderstellen

vooronderstelden

  1. meervoud verleden tijd van vooronderstellen
    • Wij vooronderstelden. 
    • Jullie vooronderstelden. 
    • Zij vooronderstelden.