vognmandsforretninger

Uit WikiWoordenboek

Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • vogn·mands·for·ret·nin·ger
Woordherkomst en -opbouw
  • Deens zelfstandig-naamwoordsvorm met het voorvoegsel for- en met het invoegsel -s-
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

vognmandsforretninger

  1. nominatief onbepaald gemeenschappelijk geslacht meervoud van vognmandsforretning