vogelhuisje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vogelhuisje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vo·gel·huis·je
Zelfstandig naamwoord
het vogelhuisje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vogelhuis
Gangbaarheid
- Het woord vogelhuisje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vogelhuisje" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be