voetschakelaar
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- voet·scha·ke·laar
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van voet en schakelaar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | voetschakelaar | voetschakelaars |
verkleinwoord | voetschakelaartje | voetschakelaartjes |
Zelfstandig naamwoord
de voetschakelaar m
- (elektrotechniek) met de voet bediende schakelaar
Gangbaarheid
- Het woord 'voetschakelaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.