voer mee

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • voer mee
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
meevoeren

voer mee

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meevoeren
    • Ik voer mee. 
  2. gebiedende wijs van meevoeren
    • Voer mee! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meevoeren
    • Voer je mee? 
vervoeging van
meevaren

voer mee

  1. enkelvoud verleden tijd van meevaren
    • Ik voer mee. 
    • Jij voer mee. 
    • Hij, zij, het voer mee. 


Gangbaarheid