vochten dood
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- voch·ten dood
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
doodvechten |
vochten (...) dood
- meervoud verleden tijd van doodvechten
- Wij vochten dood.
- Jullie vochten dood.
- Zij vochten dood.
- Wij vochten dood.