vliegtuigmaatschappij

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vliegtuigmaatschappij    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• vlieg·tuig·maat·schap·pij

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  vliegtuig zn  en  maatschappij zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vliegtuigmaatschappij	vliegtuigmaatschappijen
verkleinwoord	vliegtuigmaatschappijtje	vliegtuigmaatschappijtjes

Zelfstandig naamwoord

de vliegtuigmaatschappij v

1. (luchtvaart) bedrijf dat mensen en goederen vervoert met een vliegtuig

   ▸ Ondanks de 10.000 kilometer tussen Ottawa en Riyad volgen de stappen in de diplomatieke rel tussen de twee landen elkaar in rap tempo op. Vannacht schrapte de koninklijke vliegtuigmaatschappij van Saudi-Arabië alle directe vluchten naar en van Toronto, Canada's grootste stad.

   ▸ Nabestaanden hebben geen toegang tot de stoffelijke resten van hun geliefden. Om toch een uitvaart te kunnen houden heeft de vliegtuigmaatschappij hen grond van de rampplek aangeboden.

Synoniemen

• luchtvaartmaatschappij, luchtvaartonderneming

Gangbaarheid

• Het woord vliegtuigmaatschappij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.