villa-eigenares

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vil·la-ei·ge·na·res
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord villa-eigenares villa-eigenaressen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de villa-eigenaresv

  1. vrouw die een villa bezit
     De afscheidsbrieven en messen tonen aan dat de villa-eigenares haar moordplan meticuleus had voorbereid.[1]
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron Gearchiveerde versie
    Alexandra Verhaeghe
    “14 jaar cel voor moeder die tweeling wou doden” (3 oktober 2017) op vrt.be