vijandschap
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vijandschap (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vij·and·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vijandschap | vijandschappen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
vijandschap v
- een toestand van op voet van oorlog zijn, een toestand waarin men elkaar als tegenstander ziet
- De vijandschap tussen Joden en Palestijnse Arabieren duurt al vele jaren.
- Van de vijandschap die de Roodhoofden eerst getoond hadden was niets meer over. Integendeel. [1]
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. een toestand van op voet van oorlog zijn
Gangbaarheid
- Het woord vijandschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "vijandschap" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Herzen, FrankDe zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 87
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be