vierhonderdachtennegentig

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

0 4 9 8
vierhonderdachtennegentig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • vier·hon·derd·acht·en·ne·gen·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

vierhonderdachtennegentig

  1. "498", het getal tussen vierhonderdzevenennegentig en vierhonderdnegenennegentig, vierhonderd plus achtennegentig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vierhonderdachtennegentig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vierhonderdachtennegentig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "vierhonderdachtennegentig" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord vierhonderdachtennegentig vierhonderdachtennegentigs
verkleinwoord vierhonderdachtennegentigje vierhonderdachtennegentigjes

Zelfstandig naamwoord

de vierhonderdachtennegentigv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 498 is aangeduid
    • Als jij vierhonderdachtennegentig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

vierhonderdachtennegentig mv

  1. groep van 498 eenheden
    • Die vierhonderdachtennegentig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid