vestigingsadres

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ves·ti·gings·adres
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord vestigingsadres vestigingsadressen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het vestigingsadreso

  1. (wonen), (bedrijfskunde), (juridisch) gegevens over de locatie van een persoon, bedrijf of organisatie
     Het woonadres van ondernemers en bestuurders van bedrijven is niet meer zomaar op te vragen in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. Dit moet hun privacy beschermen. Sommige partijen mogen de gegevens nog wel zien, zoals de Belastingdienst en deurwaarders. Het vestigingsadres van een ondernemer kan nog wel worden opgevraagd.[1]
     Minister Micky Adriaansens van Economische Zaken wil dat eenmanszaken hun vestigingsadres straks volledig kunnen afschermen in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (KVK). Ondernemers moeten als alternatief dan wel een postadres registreren. KVK schermt nu al op verzoek af bij een vermoeden van dreiging.[2]
Vertalingen

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 29 juni 2022 Weblink bron “Dit verandert in 2022: minder energiebelasting, rookruimteverbod en veel meer” (Donderdag 30 december 2021), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 29 juni 2022 Weblink bron “Minister wil dat eenmanszaken adres kunnen afschermen bij KVK” (Woensdag 29 juni 2022), NU.nl