verwerd
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·werd
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verworden |
verwerd
- enkelvoud verleden tijd van verworden
- Ik verwerd.
- Jij verwerd.
- Hij, zij, het verwerd.
- Ik verwerd.