vervloekt
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·vloekt
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van vervloeken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vervloeken |
vervloekt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vervloeken
- Jij vervloekt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vervloeken
- Hij vervloekt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vervloeken
- Vervloekt!
vervoeging van: | vervloeken… |
verbogen vorm: | vervloekte |
vervloekt
- voltooid deelwoord van vervloeken
Tussenwerpsel
vervloekt
- (krachtterm) drukt verontwaardiging of boosheid uit
- Vervloekt, dat zet ik je betaald!
stellend | |
---|---|
onverbogen | vervloekt |
verbogen | vervloekte |
partitief | vervloekts |
Bijvoeglijk naamwoord
vervloekt
- (krachtterm) waar men boze gevoelens over koestert
- Die vervloekte kerel moet me dat niet nog een keer flikken!
Gangbaarheid
- Het woord vervloekt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "vervloekt" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voltooid deelwoord met alleen -t
- Verouderd in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Tussenwerpsel in het Nederlands
- Krachtterm in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %