versteek
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·steek
Werkwoord
vervoeging van |
---|
versteken |
versteek
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versteken
- Ik versteek.
- gebiedende wijs van versteken
- Versteek!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van versteken
- Versteek je?
Afrikaans
stamtijd | |
---|---|
infinitief | voltooid deelwoord |
versteek |
versteek |
volledig |
Werkwoord
versteek
- overgankelijk verbergen, verstoppen
- «Die Dooie See-rolle is vermoedelik tussen 66 en 68 n.C. in die grotte versteek.»
- De Dode Zeerollen zijn vermoedelijk tussen 66 en 68 in de grotten verborgen.
- «Die Dooie See-rolle is vermoedelik tussen 66 en 68 n.C. in die grotte versteek.»