verslond
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·slond
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verslinden |
verslond
- enkelvoud verleden tijd van verslinden
- Ik verslond.
- Jij verslond.
- Hij, zij, het verslond.
- Ik verslond.
- ▸ Pogue floot een oude countryhit en Goldie verslond drie pannen pasta en praatte met volle mond aan één stuk door.[1]
Gangbaarheid
- Het woord verslond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verslond" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be