verschuiven
Uiterlijk
- Geluid: verschuiven (hulp, bestand)
- ver·schui·ven
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verschuiven |
verschoof |
verschoven |
klasse 2 | volledig |
verschuiven
- ergatief het proces van in contact met de grond zich voortbewegen
- Wegener merkte al op dat in de geologische tijdvakken van de aarde de continenten verschoven zijn.
- overgankelijk iets in contact met de grond doen voortbewegen
- Hij verschoof de tafel naar de andere kant van de kamer.
- overgankelijk naar een andere datum, tijdstip of bestemming verplaatsen
- Wat betreft de universiteiten stellen de onderzoekers voor om een groter deel van het geld naar technische opleidingen te verschuiven, als investering in die sector. [1]
- [1-3]: verplaatsen
- [3]: uitstellen
1. het proces van in contact met de grond zich voortbewegen
2. iets in contact met de grond doen voortbewegen
- Het woord verschuiven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verschuiven" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Tubantia Arjan te Bogt 20-05-19 4 miljoen euro minder per jaar voor Saxion: ‘Onbegrijpelijk’
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 2 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Ergatief werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %