verhongert

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·hon·gert

Werkwoord

vervoeging van
verhongeren

verhongert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhongeren
    • Jij verhongert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verhongeren
    • Hij verhongert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verhongeren
    • Verhongert!