vergelijkbaar
Uiterlijk
- ver·ge·lijk·baar
- Naamwoord van handeling van vergelijken met het achtervoegsel -baar.
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | vergelijkbaar | vergelijkbaarder | vergelijkbaarst |
verbogen | vergelijkbare | vergelijkbaardere | vergelijkbaarste |
partitief | vergelijkbaars | vergelijkbaarders | - |
vergelijkbaar
- goed te vergelijken
- Het schubdier van Afrika en de miereneter van Zuid-Amerika spelen een vergelijkbare rol in de dierenwereld van hun werelddeel.
1. goed te vergelijken
- Het woord vergelijkbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vergelijkbaar" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be