verdikt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·dikt
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van verdikken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verdikken |
verdikt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verdikken
- Jij verdikt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verdikken
- Hij verdikt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verdikken
- Verdikt!
vervoeging van: | verdikken… |
verbogen vorm: | verdikte |
verdikt
- voltooid deelwoord van verdikken