vegetable
Uiterlijk
- Geluid: vegetable (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈvedʒtəbl/
- Afkomstig van het Latijnse naamwoord vegetare (opleven).
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
vegetable | more vegetable | most vegetable |
vegetable
- (plantkunde) groente-, plant-, plantaardig
- «Have you never had a vegetable garden before?»
- Heb je nog nooit tevoren een groentetuin gehad?
- «Have you never had a vegetable garden before?»
Naar frequentie | 2833 (zelfstandig naamwoord) |
---|
enkelvoud | meervoud |
---|---|
vegetable | vegetables |
vegetable
- (plantkunde) groente
- «We grow potatoes, beans and other vegetables.»
- We verbouwen aardappelen, bonen en andere groenten.
- «We grow potatoes, beans and other vegetables.»
- (voeding) groente
- «Eat more fresh fruit, vegetables, and salads.»
- Eet meer verse groenten, fruit en salades.
- «Eat more fresh fruit, vegetables, and salads.»