veen
Uiterlijk
- veen
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | veen | venen |
| verkleinwoord | veentje | veentjes |
het veen o
- terreintype, waarvan het karakter wordt bepaald door ophoping van plantenresten onder natte omstandigheden; venen kunnen zowel door grondwater (matige zuurgraad, laagveen) als regenwater (hoge zuurgraad, hoogveen) gevoed worden
- een grondsoort, ontstaan uit dit soort terreinen
|
|
- In het veen ziet men niet op een turfje
wie rijk is let niet op een euro meer of minder
- Het woord veen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "veen" herkend door:
| 98 % | van de Nederlanders; |
| 90 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "veen" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ veen op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 90 %