vasthouden
Uiterlijk
- Geluid: vasthouden (hulp, bestand)
- vast·hou·den
- samenstelling van vast en houden [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
vasthouden |
hield vast |
vastgehouden |
klasse 7 | volledig |
vasthouden
- overgankelijk beletten dat iets losgaat
- Hij hield de hamer stevig vast.
- ▸ Deze slangenman kreeg direct de trailnaam Rattlesnake toebedeeld en toen ik een beetje was bekomen van de schrik vroeg ik of ik de slang ook even mocht vasthouden.[2]
- Het woord vasthouden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vasthouden" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ vasthouden op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Sterk werkwoord klasse 7 in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %