variante

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • va·ri·an·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord variante varianten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

variante m/v

  1. iets afwijkende vorm, andere versie
    • Hij rondt zijn kijk af met de volgende constatering: ‘the rich and the beautiful bestaan in Vlaanderen niet, de “BV” (= bekende Vlaming), de Vlaamse variante van een VIP, is eigenlijk de ironisch-kleinburgerlijke negatie ervan’ [3]
Synoniemen

Gangbaarheid

70 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen


Frans

enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  variante     la variante     variantes     les variantes  

Zelfstandig naamwoord

variante v

  1. alternatief o


Italiaans

enkelvoud meervoud
variante varianti

Zelfstandig naamwoord

variante v

  1. variant


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /varɪjantɛ/

Zelfstandig naamwoord

variante

  1. vocatief enkelvoud van variant