vaatziekte

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  vaatziekte    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• vaat·ziek·te

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van (bloed)vat en ziekte

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	vaatziekte	vaatziekten vaatziektes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de vaatziekte v

1. (medisch) aandoening van de bloedvaten, vaak in combinatie met hartziekte (hart- en vaatziekten)

   • Aderverkalking is een veel voorkomende vaatziekte. 

   ▸ Ik keek ervan op dat volgens dit onderzoek mensen die elke dag minstens 30 minuten lopen een beduidend lagere kans op hart- en vaatziekte, darmkanker, borstkanker en dementie hebben.

Verwante begrippen

• aneurysma
• longembolie
• open been
• pulmonale hypertensie
• slagaderverkalking
• spataders
• trombose
• vaatvernauwing

Gangbaarheid

• Het woord vaatziekte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "vaatziekte" herkend door:

96 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.