utopisch

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uto·pisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen utopisch utopischer
verbogen utopische utopischere
partitief utopisch utopischers -

Bijvoeglijk naamwoord

utopisch [1]

  1. als in Utopia, als in een utopie
     Maar vergis je niet, dit was geen utopisch paradijs.[2]
  2. gericht op drastische verandering die echter onhaalbaar lijkt
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

97 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be