uitstallen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: uitstallen (hulp, bestand)
- IPA: /'œytstɑlə(n)/
Woordafbreking
- uit·stal·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van uit bw en stallen ww
Werkwoord
uitstallen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
uitstallen |
stalde uit |
uitgestald |
zwak -d | volledig |
- iets duidelijk zichtbaar tentoonstellen voor anderen, vaak met als doel het tentoongestelde te verkopen
- ‘Alle meerderheidspartijen dragen de verantwoordelijkheid om samen werk van te maken van een krachtig antitabaksbeleid.’ CD&V pleit ook voor een totaalverbod op reclame, een verbod op tabaksautomaten, een verbod op het zichtbaar uitstallen van tabaksproducten in winkels en voor de invoering van neutrale sigarettenpakjes.[1]
- Hij verwijst daarbij naar artikel drie uit die gemeentelijke verordening. Daarin staat dat het college ontheffing kan verlenen voor het uitstallen van kunst op zondag tussen 11 en 22 uur. Albert Heijn wilde samen met kunstenaar Ten Vregelaar een tentoonstelling organiseren in de supermarkt op de zondagen 24 en 31 december.[2]
Synoniemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord uitstallen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'uitstallen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %