uitlaatplaats
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- uit·laat·plaats
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van uitlaat ww en plaats zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | uitlaatplaats | uitlaatplaatsen |
verkleinwoord | uitlaatplaatsje | uitlaatplaatsjes |
Zelfstandig naamwoord
- plaats, binnen de bebouwde kom, waar het toegestaan is honden uit te laten
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord 'uitlaatplaats' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.