uitgummen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·gum·men
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

uitgummen

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitgummen
gumde uit
uitgegumd
zwak -d volledig
  1. een tekst of tekening door wrijven met een vlakgom verwijderen
    • Dat komt volgens Tijs omdat hij de eenhoorn getekend heeft. Wat getekend is, bestaat in zijn wereld. Was dat rothuis maar een tekening, dan kon hij het uitgummen.[1] 
    • ,,We laten een positief Europa zien, waarin we elkaar opzoeken. Markus Lewe, Oberbrgermeister van Münster over het samen met Enschede uitgummen van de landsgrens.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
68 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. de Standaard 02 OKTOBER 2015
  2. Tubantia 02-OKTOBER-2017
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be