uitfaseren
Uiterlijk
- Geluid: uitfaseren (hulp, bestand)
- IPA: / ˈœytfaˌzerə(n) / (4 lettergrepen)
naamwoord van handeling | |
---|---|
zelfstandig | bijvoeglijk |
uitfaseren | uitgefaseerd |
uitfasering |
- uit·fa·se·ren
- leenvertaling van Engels phase out, op te vatten als samenstelling van uit bw en faseren ww ; in de betekening "stapsgewijs beëindigen" aangetroffen vanaf 1974 (zie vindplaats hieronder)
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
uitfaseren |
faseerde uit |
uitgefaseerd |
zwak -d | volledig |
uitfaseren
- langzaam stap voor stap stoppen van een dienst of levering van een product
- ▸ Terwijl Macron na de mislukte Brusselse lobby tegen het volgens de Wereldgezondheidsorganisatie „mogelijk kankerverwekkende” glyfosaat aan Hulot beloofde dat Frankrijk dan zelf maar in drie jaar het veelgebruikte herbicide zou verbieden, werd die afspraak op het laatste moment buiten de wetstekst gehouden. (…) Midden in de nacht stemde de Assemblée voor een amendement dat het uitfaseren uit de wet moest houden.[1]
- ▸ Met alle gekronkel dat we nu zien over "lopende prijzen", over "nationaal inkomen", over het "infaseren en uitfaseren", is deze verhoging niet te verklaren als een nakomen van beloften en verplichtingen, zei Joop Wolff.[2]
1. langzaam stap voor stap stoppen van een dienst of levering van een product
- Het woord uitfaseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Peter Vermaas“Macron redt de planeet – op termijn” (5 september 2018) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Joop Wolff: voor veilige koers Nederland zijn NU initiatieven nodig : CPN eist stappen voor afwenden atoomdreiding : Verhoging oorlogsuitgaven hoofdlijn van defensienota in: De Waarheid , jrg. 34 nr. 249 (25 september 1974), p. 4 kol. 1
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal