uiterste
Uiterlijk
- ui·ter·ste
uiterste
- verbogen vorm van de stellende trap van uiterst
- ▸ De universiteit legt de bezuiniging, ingegeven door structurele tekorten bij aardwetenschappen, uit als een "strategische keuze" waarbij onderzoek en onderwijs zich nu gaan richten op de hedendaagse klimaatverandering en urgente vraagstukken als natuurrampen en klimaatsystemen. "We begrijpen dat dit een ingrijpend plan is voor studenten en medewerkers. We doen onze uiterste best om in deze onzekere tijd betrokken medewerkers en studenten zo goed mogelijk te informeren."[2]
- ▸ Iets compleet anders dan ik gewend was, waar ik ontzag voor had en waar ik mijn uiterste best voor moest doen.[3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | uiterste | uitersten |
verkleinwoord | - | - |
het uiterste o
- datgene wat (tot) het verste gaat
- Hij ging tot het uiterste en won op het nippertje.
- ▸ Wij waren een cocktail van uitersten (in willekeurige volgorde): rustig, uitgesproken en luidruchtig.[3]
- het verste in rangorde of intensiteit
- Het woord uiterste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "uiterste" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ uiterste op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron
Sven Schaap“Werkveld luidt noodklok op actiedag tegen verdwijnen aardwetenschappen VU” (6 mei 2025), NOS - 1 2 Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -e in het Nederlands
- Bijvoeglijknaamwoordsvorm in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %