tyder

Uit WikiWoordenboek

Deens

Uitspraak
Woordafbreking
  • ty·der
Naar frequentie 5358

Werkwoord

tyder

  1. zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van tyder


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • ty·der
Naar frequentie 4781

Werkwoord

tyder

  1. zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van tyder


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • tyde

Werkwoord

tyder

  1. zwakke verbuiging tegenwoordige tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van tyder