tweedehandswinkel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

tweedehandswinkel
Uitspraak
Woordafbreking
  • twee·de·hands·win·kel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tweedehandswinkel tweedehandswinkels
verkleinwoord tweedehandswinkeltje tweedehandswinkeltjes

Zelfstandig naamwoord

de tweedehandswinkelm

  1. winkel waar men gebruikte artikelen kan kopen
     Hierna bond ik drie plastic zakken vol Trail Magic met ducttape vast vast aan een boom. Een pretpakket met ouwe grappige rotzooi die ik een week eerder in een tweedehandswinkel had gekocht voor mijn vrienden die drie dagen achter me liepen.[1]
     Petra houdt van kleding en kocht vaak spullen bij de tweedehandswinkel Appel&Ei. ,,Gewoon omdat ik het een geweldig concept vind. Prachtige kleding tegen lage prijzen. Iedereen kan zelf inbrengen en krijgt een deel van de verkoopprijs.[2]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink Weblink bron
    Willemien Weerman
    “Petra verkocht haar huis om een tweedehandswinkel te beginnen in Winterswijk” (15-11-2017), Tubantia