tunnelbak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

tunnelbak
Uitspraak
Woordafbreking
  • tun·nel·bak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tunnelbak tunnelbakken
verkleinwoord tunnelbakje tunnelbakjes

Zelfstandig naamwoord

de tunnelbakm

  1. bak waardoor men verkeer geleidt op een niveau dat lager is dan het maaiveld, met een al dan niet geheel gesloten dak
    • Op de Verlengde Holterstraatweg in Rijssen heeft zondag een eenzijdig ongeval plaatsgevonden. Het ongeval gebeurde in de tunnelbak. [1] 
    • De bewoners van enkele verderop gelegen huizen aan de Piet Heinweg ondervinden al jaren overlast van het treinverkeer in de tunnelbak. [2] 
    • Nu de werkzaamheden voor het verkeersveiliger maken van de tunnelbak bijna zijn afgerond, komt de wijkvereniging aan bod. Die had een plan ontwikkeld om de tunnel te verfraaien, en dat wordt binnenkort uitgevoerd. [3] 

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
54 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tubantia Joost Dijkgraaf 23-09-18 Ongeluk in tunnel in Rijssen
  2. Tubantia Han Haveman 30-07-18 Woningbouw Nijverdal: ProRail waarschuwt voor trillingen
  3. Tubantia Alice Plekkenpol 16-08-18, Tunnel Borne krijgt sfeervolle panelen
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be