tuimelaars
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: tuimelaars (hulp, bestand)
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- tui·me·laars
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tuimelaars | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de tuimelaars mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord tuimelaar
- meervoudsvorm als officiële benaming (walvisachtigen) een geslacht Tursiops van dolfijnen uit de familie Delphinidae (dolfijnen)
Hyperoniemen
- [2] dolfijnen, walvisachtigen, tandwalvissen, walvisachtigen, zoogdieren, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord tuimelaars staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Walvisachtigen in het Nederlands
- Zoogdieren in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal