tuig over
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- tuig over
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
overtuigen |
tuig over
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overtuigen
- Ik tuig over.
- gebiedende wijs van overtuigen
- Tuig over!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overtuigen
- Tuig je over?
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'tuig over' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.