troelala

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • troe·la·la
Woordherkomst en -opbouw

Tussenwerpsel

[A] troelala

  1. (gebruikt in liedjes om het opgewekte of spottende karakter te versterken)
     Prik, prik, Prikkebeen
    Waar ga jij vanavond heen
    Links, rechts, troelala
    We gaan je achterna
    [4]
     Als het tien uur slaat, springen ze op, hotsen om de tafel heen en blerren: ‘We gaan nog niet na' huis, nog lange niet - lange niet....’ Ze happen naar adem en beginnen opnieuw: ‘En voor Pieta nog eenmaal troelala - troelala - troe.... la.... lá....[5]
Synoniemen
Typische woordcombinaties
  • tri-tra-troelala
  • drinkliedje:
    En voor <naam> nog eenmaal troelala, troelala, troelala
    en voor <naam> nog eenmaal troelala, troe-la-la!
Afgeleide begrippen
[A], [B] enkelvoud meervoud
naamwoord troelala troelala's
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

[A] de troelalav

  1. loze drukte, overdreven gedoe
     Het gedrag van mensen met betrekking tot de nuttigheid van aanbod beïnvloeden met verwijzing naar urgente wereldverbetering of waardevolle zingeving miskent ‘the invisible hand’ en duidt erop totaal niets van economie te begrijpen. Zo bezien is je merk betekenis laten toevoegen aan de samenleving nogal een troelala.[6]
     Er wordt een persvoorstel­ling aangekondigd van een prent, waarvan de filmkronijker(ster) voortgaand op de naam van de regisseur, de kritieken van andere film- schrijvelaars en de troelala welke er in het buitenland werd rond verkocht, meent te mogen veronderstellen dat ze interessant is.[7]

Zelfstandig naamwoord

[B] de troelalav

  1. (scheldwoord) onaantrekkelijke of domme vrouw
     Aan de rechterkant hadden Willy Claes, Koen Crucke (de echte), Sean Connery als 007, Brigitte Bardot in haar jonge jaren, David en Victoria Beckham, nog twee meisjes van de Spice Girls — een van de meisjes was zwanger — en de troelala's van K3 plaatsgenomen.[8]
     Viola Holt is een troelala en moet opzouten van tv.[9]
  2. koosnaam voor een vrouw of meisje
     Wat zou er nu voor kwaad in steken als hij zo'n flink wijf als zuster Vos nu eens begroette met ‘zo, troelala!’ en met een tikje op de billen, was dat zo erg?[10]
     Krijgt Troelala 'et niet te warm?[11]

Zelfstandig naamwoord

[C] de troelalav

  1. (Suriname) magische middelen
     Ik eh... ik lees alleen dat je liefdesdrankjes, troelala, kan bereiden.[12]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Bronlink geraadpleegd op 16 april 2024 Weblink bron
    F.P. Penard & A.P. Penard
    De menschetende Aanbidders der Zonneslang (1974) in:
    Thea Doelwijt
    Geen geraas of getier. Verhalen, gedichten, liedjes na de emancipatie vóór de tweede wereldoorlog., Bureau Volkslectuur, Paramaribo, p. 58
  4. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron
    Bob Vrieling
    “Prikkebeen” (13 december 2009; origineel: 1978) op nrc.nl op Wikipedia
  5. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron “Ik verwacht het geluk.” (1934), A.W. Sijthoff, Leiden, p. 281
  6. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron
    Ronald Pont
    “Je merk betekenis laten toevoegen aan de samenleving is een troelala : Overwegingen bij de resultaten van de Grote Marketing Enquête 2018.” (16 november 2018) op adformatie.nl
  7. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron Goddank, wij zijn U.S. Citizens : Three Brave Men in: 't Pallieterke op Wikipedia, jrg. 13 nr. 15 (11 april 1957), Polderman en Van Gool, Antwerpen, p. 7 kol. 5
  8. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron “Wie vroeg sterft”, e-book (2009), Standaard Uitgeverij, Antwerpen, ISBN 9789460410987
  9. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron
    Jurryt van de Vooren
    “Papa was geheelonthouder” (25 januari 2007) op nu.nl op Wikipedia
  10. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron “De verliezers.”, 16e druk (1982), Meulenhoff, Amsterdam, ISBN 9029004355, p. 23
  11. Geertje. in: De Nieuwe Gids., jrg. 16 nr. 2 (oktober 1900), S.L. van Looy, Amsterdam, p. 340
  12. Bronlink geraadpleegd op 4 september 2021 Weblink bron “Kollektieve schuld, of wel Famir'man-sani.”, 3e druk (1976), Het Wereldvenster, Baarn / NOVIB, Den Haag / NCOS, Brussel, ISBN 9029395389, p. 116